Niemand ontkomt eraan om data te delen, ook niet in de logistiek. Uit onderzoek blijkt dat 90% van de logistieke data al wordt gedeeld, maar vaak op inefficiënte wijze. Cargoledger combineert standaarden met de techniek van blockchain om de logistiek te helpen slim en efficiënt te digitaliseren. We spreken met oprichter Hjalmar van der Schaaf over zijn visie en werkwijze: het is de kunst is om per actor concreet te maken wat het voordeel is van data delen. Bijvoorbeeld door te laten zien dat je met behulp van de juiste software een winst kan behalen van €0,70 op €1,-.
Hoe pak je dit aan?
In de logistiek heb je drie stromen: goederen, informatie en geld. Van belang is om deze stromen continu parallel te organiseren en te monitoren. Wij gebruiken de blockchaintechnologie om alle informatie over handelingen binnen de stromen (versleuteld) vast te leggen en te delen. Zo weten de ketenpartners op elk moment precies waar de lading of container zich bevindt en wat de status is. Dat betekent veel: natransport kan vooruit gepland, Douane is voorbereid en kan de lading snel afhandelen, nabellen of zoeken is niet meer nodig; kortom: geen brandjes blussen, maar vooruit plannen en vroegtijdig anticiperen op veranderingen in het transport. Maar ook: snellere financiële afwikkeling en effectief ingrijpen bij calamiteiten.
Dat kan je ook met andere systemen bereiken; wat is er dan zo uniek aan de blockchain?
Uniek aan de blockchain is dat je precies kunt zien wie welke informatie heeft aangeleverd of gewijzigd. Doordat de geschiedenis van al deze informatie bewaard wordt en voor iedereen zichtbaar blijft, is het onmogelijk om hier fraude mee te plegen. Als informatie gewijzigd wordt, weet iedereen wie de wijziging doorvoerde en welke informatie is gewijzigd. Alle acties worden aantoonbaar vastgelegd; daar ontkomt niemand aan. Hoe langer de ketens, hoe belangrijker dit is, omdat partijen elkaar niet allemaal kennen. Het resultaat is optimale transparantie, partijen verderop in de keten kunnen hun stappen alvast voorbereiden en bij onenigheid achteraf zijn alle stappen precies terug te zien*.
Hoe werkt dat dan precies in een logistiek proces?
Een voorbeeld: een verlader stuurt vanuit zijn eigen systeem een transportorder naar het TMS van de vervoerder. De order komt op de blockchain te staan. De vervoerder geeft aan welke partijen een rol hebben in het transport en welke informatie zij mogen inzien. Cargoledger zorgt dat alle betrokkenen een ‘identiteit’ krijgen en de juiste machtiging op de blockchain, zodat de verschillende partijen alleen die informatie in kunnen zien die van belang is voor het uitvoeren van hun taak. De planning wordt vastgelegd en gaat naar alle partijen en naar de klant. Vervolgens legt iedereen die een rol heeft in het transport, zijn acties (versleuteld) vast op de blockchain en deelt de ’hash’, de unieke code van de actie, met de juiste partijen.
Hoe regel je dat de juiste mensen de juiste data zien?
De toegang tot de blockchain willen we met iSHARE gaan regelen. We hebben ons uitgebreid verdiept in het iSHARE afsprakenstelsel en zijn van plan om toe te treden tot iSHARE om de identificatie, authenticatie en autorisatie volgens standaard afspraken en op een veilige manier te organiseren.
Als je met blockchain werkt, kan je niet meer met papieren documenten werken, lijkt me?
Klopt. Informatie op een papieren transportdocument zou je allemaal apart moeten invoeren in de blockchain. Dat is natuurlijk zeer onhandig. Wij gebruiken daarom uitsluitend digitale transportdocumenten, zoals de eCMR, om gegevens te verzamelen over het wegtransport. De eCMR kan je zien als een ‘view’ op de keten. Die view (de eCMR data) ontsluiten we voor diverse doeleinden. Bijvoorbeeld voor de inspecteurs van de Douane. Zij kunnen vrachtinformatie (eCMR data) inzien via de app van de eCMR leverancier. Nu is het nog zo dat zij hiervoor bij elke eCMR leverancier een andere app zouden moeten gebruiken. Dat is natuurlijk niet handig en daarom sturen bedrijven de gevraagde data nu nog actief door naar Douane. Om dit te verhelpen is het belangrijk dat wij als eCMR leveranciers gezamenlijk een ‘Single Window’ gaan ontwikkelen voor Douane, zodat inspecteurs via één portaal de eCMR data kunnen inzien, onafhankelijk van de leverancier.
Met blockchain, samenwerking tussen leveranciers en identificatie ben je er echter nog niet. De taal waarin de data wordt uitgewisseld, moet ook nog geregeld worden. Verschillende systemen kun je alleen integreren als de data op dezelfde manier geïnterpreteerd wordt. Daarvoor is bijvoorbeeld OTM een goede standaard. Je hebt ook UBL en Edifact en ik verwacht zelf dat die alle drie blijven bestaan. Het is van belang dat deze goed op elkaar aansluiten en zonder problemen uitgewisseld kunnen worden.
Hoe zie je de toekomst?
Standaarden en standaard afspraken zijn noodzakelijk. Ik zie nu ook kleinere partijen aanhaken bij bestaande standaarden. Ook op Europees niveau (de eFTI) wordt dit gestimuleerd. We zijn in Nederland niet zo van het verplichten, maar we hebben gezien bij e-invoicing in landen om ons heen dat het wel kan helpen.
Het zou me niet verbazen als we toegroeien naar het zogenaamde ‘physical internet’. Een voorbeeld daarvan is pakketjes die zelf hun verzending organiseren. De verlader voorziet het pakket van een ‘smart contract’, waarin de condities staan voor het vervoer, zoals ‘snelste’, ‘meest duurzame’ of ‘meest veilige’ route, of ‘gekoeld transport’. Het pakket gaat zelf onderhandelen met slimme trucks en vrachtschepen om de meest optimale route en modaliteit op basis van die voorwaarden te bepalen. Het pakket bepaalt de route en de planningen worden aan elkaar gekoppeld. Daar komt dus geen menselijke handeling meer aan te pas. De overdrachtsmomenten vinden wel plaats door menselijk handelen en deze worden vastgelegd in een blockchain.
En wat verwacht je van ons in deze ontwikkelingen?
Het is goed dat er organisaties zijn zoals SUTC en de Topsector Logistiek. Jullie kunnen vanuit je neutrale rol zicht houden op wat er gebeurt, ontwikkelingen initiëren die van belang zijn voor de gehele sector, maar die niet vanuit de sector zelf starten, omdat er geen individuele business case is. Door data uitwisseling slim te organiseren, kunnen we immers ook maatschappelijke problemen als congestie rond steden en hubs helpen oplossen. Ook zie ik een rol voor jullie weggelegd om de matchmaking te maken tussen mogelijkheden voor innovatie en de bedrijven die dit kunnen realiseren.